Wat is de SCE?

De SCE is een subsidieregeling van RVO, hiermee wordt een garantie op de stroomprijs gegeven aan energiecoöperaties. De subsidie bestaat uit een basisbedrag minus een correctiebedrag. Het basisbedrag is een vastgesteld bedrag dat je ontvangt per kWh opgewekte energie. Dit bedrag staat vast voor de gedurende looptijd van 15 jaar. Belangrijk is om te weten dat het basisbedrag afhangt van de subsidie, de gemiddelde marktprijs voor de geproduceerde elektriciteit, de verkoop van elektriciteit en Garanties van Oorsprong *Wat zijn GVO’s en wat houden ze in?*. Ook wordt in het basisbedrag de investerings- en exploitatiekosten en rendement meegenomen.


Het correctiebedrag is de opsomming van de totale inkomsten uit de verkoop van elektriciteit op de markt. Dit bestaat uit een combinatie van de gemiddelde elektriciteitsprijs, gemiddelde waarde van de GVO en eventueel andere inkomsten.


Omdat deze factoren ervoor kunnen zorgen dat het correctiebedrag jaarlijks fluctueert is de daadwerkelijke subsidie per kWh jaarlijks ook verschillend. Hoe hoger het correctiebedrag is, hoe lager de subsidie is die je ontvangt. Hoe lager het correctie bedrag, des te hoger de subsidie wordt. De subsidie vergoedt de kosten tot een bepaalde ondergrens. Dit wordt ook wel de basisenergieprijs genoemd en maakt deel uit van het correctiebedrag. Als het correctiebedrag lager is dan de basisenergieprijs neemt de subsidie niet verder toe. In het onderstaande voorbeeld (voor één jaar) wordt dit duidelijk gemaakt:



Bron: RVO


De correctiebedragen worden jaarlijks vastgesteld. De subsidie wordt als voorschot gegeven. Dat voorschot wordt berekend op basis van het voorlopige correctiebedrag. De uitbetaling van de subsidievoorschotten start nadat de productie installatie in gebruik is genomen en de installatie definitief is ingeschreven bij CertiQ. De formule voor het berekenen van het jaarlijks voorschot ziet er als volgt uit:


Jaarlijks voorschot = verwachte productie x (basisbedrag – voorlopige correctiebedrag) x 80%

Het voorschot is een voorlopig bedrag, terwijl het werkelijke subsidiebedrag per kalenderjaar wordt berekend. De uitbetaling voor het subsidievoorschot vindt maandelijks plaats en is daarom niet afhankelijk van de veranderingen in de productie.

Het kan voorkomen dat het voorschot teveel of te weinig was geweest. In dat geval kan er binnen zes maanden na afloop van het kalenderjaar de voorschotten worden bijgesteld aan de hand van de definitieve correctiebedragen en de werkelijk gerealiseerde productie.